Al voor de bevrijding van Nederland boven de grote rivieren was duidelijk dat de bezetter planmatig,
structureel en op grote schaal uit Nederland de meest uiteenlopende goederen had weggevoerd.
Ongeveer 90% daarvan was na het begin van de Operatie Market Garden en de
spoorwegstaking op 17 september 1944 uit ons land weggehaald. In die periode plunderden de
Duitsers vooral vele fabrieken en de spoorwegen, maar ontruimden ook steden en dorpen, zoals
Arnhem.
Tegen deze achtergrond stelde de Nederlandse regering in april 1945 het Commissariaat-Generaal
voor de Nederlandsche Economische Belangen in Duitschland in dat tot taak had het opsporen
en het terugbrengen van weggevoerde goederen en de behartiging van de economische
belangen van Nederland in Duitsland.
Dit boek verhaalt over de zoektocht die in dat kader in de periode 1945 tot en met 1951 plaatsvond
naar de weggevoerde eigendommen van de Nederlandse Spoorwegen en over de daarmee
verbonden uitwisseling van in Nederland buitgemaakt of achtergebleven (vooral) Duitse
spoorwegmaterieel. Ook komt het niet teruggekeerde (“vermiste”) en in de DDR, Polen en
andere Oost-Europese landen achtergebleven spoorwegmaterieel aan de orde, waarover na
de val van de Muur steeds meer bekend is geworden. Het een en ander wordt ondersteund met
veel foto’s en overzichten.