Tegenwoordig is er in het onderwijs veel aandacht voor zelfsturend leren. Binnen een leven lang leren is het kunnen sturen van je eigen leerproces namelijk noodzakelijk geworden voor je toekomstige carrière.
Zelfsturend leren heeft te maken met de student zelf, met het sturen van het leerproces en met leren. Deze drie aspecten komen in dit boek uitvoerig aan bod.
Er wordt eerst stilgestaan bij de theorie rond zelfsturend leren. Zelfsturing is volgens de auteur een aan te leren complexe vaardigheid en bestaat uit een aantal leeractiviteiten. In een zevental hoofdstukken worden de volgende sturingsactiviteiten uitgewerkt: oriënteren (op jezelf, op de inhoud en op de leeromgeving), plannen, uitvoeren, evalueren en reflecteren. Nadat deze activiteiten los van elkaar zijn besproken, komen ze bij elkaar in het hoofdstuk 'Zelfsturend aan de slag'. Het laatste hoofdstuk werpt een blik op de basisschool. Hoe wordt daar omgegaan met zelfsturing?
De motor voor zelfsturend leren is reflectie. Vanaf het eerste hoofdstuk is reflectie aanwezig in de opdrachten. Het boek is individueel te gebruiken, maar is nadrukkelijk geschreven voor het gebruik in leergroepen. Daar komt de reflectie beter tot zijn recht en komt het onderwerp meer tot leven, omdat ervaringen uitgewisseld kunnen worden en de mogelijkheid bestaat om elkaar te motiveren. Dat komt de zelfsturing binnen de studie uiteindelijk ten goede.
Dit boek is bedoeld voor eerstejaars pabostudenten, maar ook hogerejaars kunnen hun studievaardigheden ermee vergroten.
Tonnis Bolks is onderwijskundige en als docent en adviseur werkzaam bij de Educatieve Academie van de Gereformeerde Hogeschool in Zwolle.