Niet alleen hoe Karel de Grote leefde, oorlog voerde, liefhad en stierf, maar ook zijn betekenis voor de christelijke godsdienst en cultuur komt ter sprake in het boek over deze door sagen omgeven vorst dat ons bovendien een blik gunt in de vroegmiddeleeuwse Europese maatschappij. In de tijd van Karel de Grote was de kerstening van een groot deel van Europa in volle gang en de vorst had daarin een belangrijk aandeel. Hij onterfde de kinderen van zijn overleden broer, begunstigde de kerk in hoge mate, was vroom maar ook wreed, grootmoedig maarook onverzoenlijk, streng godsdienstig maar ook zinnelijk. Zowel de heidense Saksen als de christelijke Longobarden onderwierp hij. Velen prezen hem en vereerden hem later als heilige, maar anderen vervloekten hem als Saksenslachter. Hij was bevriend met de pausen, maar riep zelf concilies bijeen en stelde bisschoppen en abten aan. Zijn rijk strekte zich uit van de Elbe tot de Ebro, van de Noordzee tot in een aanzienlijk deel van Itali