Jung is altijd gefascineerd geweest door de grote geesten van zijn tijd op het gebied van kunst en wetenschap. Wat bewoog hen? Hoe viel te verklaren dat deze mensen zoveel creativiteit aan de dag legden? In dit boek doet hij een poging de persoonlijkheid van een aantal van hen te analyseren. Hij begeeft zich daarbij op zeer uiteenlopende gebieden van kunst en wetenschap. Zo bespreekt hij onder andere Paracelsus, Friedrich Nietzsche, Sigmund Freud, Richard Wilhelm, James Joyce en Pablo Picasso.