In de Oudheid hielden wiskundigen zich al bezig met het oplossen van vergelijkingen, zonder dat ze beschikten over de effectieve algebra-taal die wij nu kennen. Er werd dan vaak gebruikgemaakt van meetkundige voorstellingen om tot oplossingen te komen. Pas rond 1600 ging men lettersymbolen gebruiken om 'onbekenden' of 'variabelen' aan te duiden. In deze Zebra worden een paar belangrijke episoden uit de geschiedenis van de algebra verkend, zoals de oplossingsmethode voor de derdegraadsvergelijking en de uitvinding van de complexe getallen. Algebra en meetkunde hebben elkaar door de eeuwen heen beïnvloed en dat wordt in deze Zebra aan het eind nog eens beklemtoond met een hoofdstuk over de regelmatige zeventienhoek.