Voor vogelaars is de kans op geluksmomenten heel groot: het waarnemen van een nieuwe soort of het weerzien van een favoriete vogel is daarvoor voldoende. In Vogelgeluk laat Gerrit Jan Zwier zien hoe intens en intiem onze omgang met de vogelwereld kan zijn. Voor Jac. P. Thijsse, onze nationale natuurpedagoog, gingen vogelstudie en zielsverheffing hand in hand. Dat klinkt ons nu wat te plechtig in de oren. Toch zal iedereen het met hem eens zijn dat het voor de mens en de mensheid beter is als de band met de natuur niet verloren gaat.
In 'Vogelgeluk' komen het pure vogelen in het vrije veld, in Nederland, Europa en elders, en ook de persoonlijke relatie tot vogels aan bod. Dan gaat het bijvoorbeeld om het temmen van roofvogels of van een koekoek. Of om de nauwgezette observatie van het gedrag van een reiger of kievit.
Gerrit Jan Zwier is zowel een hele antropoloog als een halve bioloog. ‘Veldwerk’ heeft voor hem een dubbele betekenis: de studie van dorpjes op het platteland en het spieden en speuren in de natuur. Beide bezigheden staan op goede voet met elkaar.