In september 1940 begonnen acht studenten aan hun studie aan de Nederlandsche Economische Hoogeschool in Rotterdam, de voorloper van de Erasmus Universiteit. Ze werden lid van het Rotterdamsch Studenten Corps, vormden de jaarclub De Keien en gingen samenwonen in een studentenpension aan de Claes de Vrieselaan. Aanvankelijk ging tijdens de Duitse bezetting het studentenleven gewoon door, maar met de tijd werden de vrienden allemaal bij verschillende illegale organisaties actief. Terwijl deze kooplieden van de toekomst hun leven in de waagschaal stelden, collaboreerde het Rotterdamse bedrijfsleven op grote schaal. Eén van De Keien, Frits Ruys, groeide in de loop van de oorlog uit tot een van de grootste verzetshelden van Rotterdam. Ruys werd eind 1944 verraden en vervolgens gefusilleerd.