Lageweg, Ouderkerk, Nederland, Europa, de wereld, het heelal. Het is het sommetje van een kind, het verlangen van een volwassene: het verband zien tussen klein en groot, ik en alles, voorheen en voortaan. Dit is het spel dat Otterspeer speelt in zijn nieuwe boek, De stad, de dood en de dichters. Die stad is Leiden, maar meer dan toeval is dat niet. Het had elke stad, elk dorp of elke vlek kunnen zijn: de goden maken zelf wel uit wat van belang is.
Maar het is Leiden en er is een ramp gebeurd. Het land is verwoest, de stad belegerd, de bevolking gedecimeerd. Na ternauwernood overleefd te hebben, moet er opnieuw begonnen worden. Hoe doe je dat?
Een nieuwe stad, een nieuwe universiteit, vier fonkelnieuwe instellingen: daar gaat dit boek over, over een betoverende tuin en een huiveringwekkend theater, over een beroemde bibliotheek en een mysterieuze schermschool. Even kwam alles bij elkaar wat de wereld wist.
Die instellingen, en dat is het springende punt, werden bedacht door dichters. De schrijver mengt zich onder hen en legt een puzzel van hun stukjes.
Willem Otterspeer is emeritus hoogleraar universiteitsgeschiedenis te Leiden. Hij schreef biografieën van Bolland, Huizinga en W.F. Hermans. Voor zijn werk kreeg hij de Dr. Wijnaendts Francken-prijs, de Biografieprijs en de Eurekaprijs.