In 2024 is het 150 jaar geleden dat de Tweede Kamer het ‘kinderwetje’ aannam, de eerste sociale wet van Nederland. Het bezorgde indiener Samuel van Houten (1837-1930) een plek in de geschiedenisboeken. Maar Van Houten was meer dan zijn kinderwet.
Als jong Kamerlid in Groningen maakte hij naam als de grote vernieuwer van het liberalisme. Hij gold als ‘politiek moordenaar’ van staatsman Thorbecke. Twintig jaar lang was hij de belangrijkste voorvechter van kiesrechtuitbreiding en rechtvaardiger belastingen. Katholieken verafschuwden hem door zijn pleidooien voor geboortebeperking door voorbehoedsmiddelen en vrije echtscheiding. Feministen droegen hem op handen. Toen hij in 1894 plotseling partij koos tegen verdere kiesrechtuitbreiding, verloor hij na 25 jaar zijn Kamerzetel én al zijn politieke vrienden. Toch maakte hij een comeback als minister van Binnenlandse Zaken en hij zegevierde met een eigen kieswet.
Aan het eind van zijn leven was hij zowel éminence grise als angry old man van de Nederlandse politiek. Als 85-jarige werd hij nog verkozen in de Tweede Kamer met zijn eigen Liberale Partij. Teleurgesteld door de massademocratie omringde hij zich met twijfelachtige figuren die zich lieten inspireren door het fascisme van Mussolini.
Aan de hand van Kamerdebatten, nieuw ontdekt archiefmateriaal en Van Houtens honderden publicaties brengt Coen Brummer hem, 150 jaar na zijn kinderwet, in deze eerste volwaardige biografie weer tot leven.
Coen Brummer (1986), historicus, is verbonden aan het Biografie Instituut van de Rijksuniversiteit Groningen. Hij werkte als speechschrijver voor achtereenvolgende ministers van Justitie en Veiligheid en was directeur van het wetenschappelijk bureau van D66. Hij publiceerde eerder over de politieke geschiedenis van de negentiende en twintigste eeuw