In 1938 verscheen dit werk als een dieptepeiling van de geestelijke achtergrond van het fascisme. Bij de derde druk in de jaren tachtig kon het worden gelezen als getuigenis van verzet tegen de machten, en nu bij de vierde druk verstaan we het vooral als een bewustwording van onze heidense afkomst. Niet historisch-lineair, als een fase, maar veeleer als een structurele dimensie. Daarin zijn we heel dicht bij de een van de toegangen tot de theologie van Miskotte: het heidendom ligt nooit achter ons, evenmin als het christendom ooit op zichzelf bestaat.
Edda en Thora verschijnt na zeventig jaar in een nieuwe editie waarin de oorspronkelijke tekst is omgezet in een actuele spelling en tegelijk de errata van de vorige drukken zijn verwerkt.