Wat zei vader als je met grote argwaan naar het eten keek? 'Wat je niet lust, slik je maar door.' En als je uitgeput was na een lange fietstocht? 'Als je aan het eind van je krachten bent, ben je aan het begin van je reserve.' Wat zei moeder als je niet naar bed wilde? 'Wie het eerst in slaap valt, mag nog een poosje opblijven.' En als je je druk maakte, zei ze geruststellend: 'Zorgen moet je niet maken, zorgen moet je doen.'
Na het overweldigende succes van Mijn moeder zei altijd, verzamelde Jaap Toorenaar opnieuw wijze, hilarische en ontroerende uitspraken die vaak alleen in kleine kring bekend zijn. Dit is de geschiedenis van ons gezinsleven, samengevat in familiespreuken.