Samengesteld en ingeleid door Coos Huijsen en Geerten WalingIn deze bundel zijn - in een moderne vertaling - de drie documenten samengebracht die aan de basis liggen van de Nederlandse natie. Het gaat om: * de Unie van Utrecht (1579), een staatkundig verdrag dat de vrijheid van geweten verdedigt en dat al enigszins fungeerde als grondwet;* de Apologie (1581) van Willem van Oranje, waarin de Vader des Vaderlands vrijheid en verdraagzaamheid bepleit, en zijn verontwaardiging de vrije loop laat;* het Plakkaat van Verlatinghe (1581), waarin de Staten-Generaal de Spaanse koning afzweren als Heer der Nederlanden, in de revolutionaire gedachte dat het volk niet is geschapen ten dienste van de vorst , maar omgekeerd: de vorst is dienstbaar aan zijn volk. Deze revolutionaire teksten kenmerken een vroege aanzet tot democratisch denken en tot een intellectuele vrijheid waarvan radicale denkers uit heel Europa profiteerden.