Behandeling in de verschillende literaire genres in hun historische ontwikkeling en voornaamste vertegenwoordigers. Daarnaast ook ruime aandacht voor minder bekende auteurs, met name uit de oudchristelijke periode.
De invloeden die de verschillende schrijvers en dichters hebben ondergaan. Hun betekenis van hun eigen tijd en hun voortleven in de Europese cultuur worden helder en overzichtelijk uiteengezet.
Dr. G.J.M. Bartelink is als een wetenschappelijke medewerker voor oud-christelijk en Grieks en Latijn aan de Universiteit van Nijmegen verbonden.
Van zijn publicaties noemen wij: Lexicologisch-semantische studie over de taal van de Apostolische vaders (Nijmegen 1952), Etymologisering bij Vergilius (Amsterdam 1965) en Gallinicos, Vie d' Hypatios (Soureces Chrétiennes, no. 177), Parijs 1971.
Bij het Spectrum verschenen van hem onder meer: Grieks-Nederlands woordenboek (Aula 7) en Mythologisch woordenboek (Prisma 1346)