Dostojevski was een gelovig mens die altijd geld tekortkwam. Geld en god zijn de twee constanten in zijn leven, dat bijna even turbulent was als zijn werk. En bij deze twee kwam nog de liefde. Dostojevski viel op geëmancipeerde vrouwen met een sterk karakter. Hij is dan ook vaak opgevoerd als half fictionele held in zijn eigen levensverhaal, wat het zicht op wat waarheid en verzonnen is nogal vertroebelt. Een moeilijke jeugd, een tirannieke vader die door zijn eigen boeren zou zijn vermoord, een heks van een eerste vrouw, een mislukte grote liefde, armoede, het zijn allemaal thema’s die op zijn minst enige nuancering behoeven.
Tussen geld en god probeert zich bij de beschrijving van Dostojevski’s leven strikt aan de feiten te houden en alle fictie uit te bannen. Arthur Langeveld schetst een levendig portret van een van de allergrootste en -origineelste schrijvers uit de wereldliteratuur, wiens oeuvre tot op de dag van vandaag onverminderd actueel is.
Arthur Langeveld (1947) is slavist, schrijver en vertaler. In 1988 promoveerde hij bij Karel van het Reve met het inmiddels beroemde proefschrift Vertalen wat er staat. Langeveld vertaalde onder meer Russische klassiekers van Gogol, Gontsjarov en Dostojevski, en ook recenter werk van Charms en Brodsky. Met zijn vertalingen won hij in 1999 de Aleida Schot-prijs en in 2006 de Martinus Nijhoff Vertaalprijs. Hij schreef meerdere boeken over Russische literatuur, waaronder Moderne Russische literatuur en Russische literatuur in kort bestek.