In 'Verzameld nachtwerk' voert P.F. Thomése ons op de tast door de post-postmoderne wereld. Van alles passeert in de nacht die ons omvat: de terreur van de actualiteit, marketing, communicatie, internet en het 'probleem' van de ironie. De nacht is ook de tijd dat de schrijver waakt zonder dat de mensen dit weten, dromend met de ogen open, opdat het onmogelijke ons niet ontsnapt. Hoe verschillend deze verhalen, beschouwingen en herinneringen op het eerste gezicht ook zijn, bij nader inzien vormen ze een wonderlijk geheel: de autobiografie van een schrijver. 'Schrijven is verdwalen in het huis dat je blijkt te bouwen.'