Het is mooi om een ander een dienst te bewijzen of
iets te geven. Maar wat willen we dan eigenlijk bereiken?
Iets voor onszelf? Of is het belangeloze goedheid
zoals die van de goden? Omgekeerd kun je vragen wat
de beste reactie is als we iets krijgen. Dankjewel zeggen,
minstens. Maar geldt dat ook in een hiërarchische
relatie? En moeten we niet ook zo snel mogelijk iets
terugdoen?
Over deze vragen schreef Seneca een boek, Gunsten
(De Beneficiis). Uit dat omvangrijke werk zijn in deze
uitgave de mooiste en belangrijkste gedeelten opgenomen.
Seneca is ook relevant voor de huidige tijd: ‘Wie
bij het geven nadenkt over terugkrijgen verdient niet
beter dan bedrogen uit te komen.’