Aan het eind van de zeventiende eeuw draaide de trans-Atlantische slavenhandel op volle toeren. Vanuit West-Afrika werden onder onmenselijke omstandigheden miljoenen tot slaaf gemaakten naar Noord-en Zuid-Amerika gebracht, van wie 600.000 op Nederlandse schepen. Een van hen was Kaási.
Al lang voordat het debat over de slavernijafschaffing op gang was gekomen, voerden aan het begin van de achttiende eeuw tot slaaf gemaakten in Suriname een heftige strijd. Marrons, gevluchte tot slaaf gemaakten, vochten tegen de Nederlandse bezetter. Onder hen was ook Kaási, door de Nederlanders meestal Klaas genoemd. Dit boek vertelt het verhaal van Kaási en zijn ‘Kaásimarrons’, guerrillastrijders met wie hij meer dan vijftig jaar de overhand had in de strijd in Suriname.
In dit boek beschrijft, analyseert en interpreteert Frank Dragtenstein de gebeurtenissen rond Kaási. Slaafgemaakte Afrikanen en inheemsen staan centraal in deze episodes.