Het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap – een in 1858 opgerichte, aan het Rijksmuseum gelieerde vereniging van kunst- en geschiedenisliefhebbers – koos in de oorlogsjaren systematisch voor doorgaan in de schaduw. Het door de bezetter afgedwongen vertrek van de Joodse leden werd als onvermijdelijk aanvaard; elke openlijke verwijzing naar de Joodse presentie in het verleden werd uitgewist.
Willem van Bennekom heeft ruimschoots gebruik kunnen maken van niet eerder gepubliceerd biografisch materiaal over de hoofrolspelers in deze veelbewogen periode. In Een tijd van zwijgen presenteert hij een onthullend en soms dramatisch portret van een op voorhand verloren gevecht, waarin de waarden die bestuur en leden hadden willen hooghouden, ten onder gingen.