In zijn vroegste teksten verdedigt Freud wat hij een theorie van de verleiding noemt: de psychopathologie wordt veroorzaakt door een infantiel, seksueel trauma. Vaak wordt beweerd dat hij de realiteit van dit trauma zou hebben verworpen, om het te vervangen door oedipale fantasieën.
Herman Westerink en Philippe Van Haute tonen aan dat Freud een veel genuanceerder standpunt verdedigt. Niet alleen heeft hij de realiteit van het seksuele trauma nooit ontkend, maar bovendien speelt de verwijzing naar het trauma in heel zijn oeuvre een bepalende rol. De exploratie van deze problematiek in enkele centrale teksten van Freud laat zien dat de rol van het trauma de louter klinische problematiek ver overschrijdt.
Nu het fenomeen trauma weer nadrukkelijk aandacht krijgt, is het zaak terug te gaan naar de denker die het begrip muntte.
Herman Westerink (1968) is universitair hoofddocent godsdienstfilosofie aan de Radboud Universiteit. Philippe Van Haute (1957) is hoogleraar wijsgerige antropologie aan de Radboud Universiteit en bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Pretoria. De auteurs doen onderzoek naar de wijsgerige betekenis van de psychoanalyse in het werk van Freud en zijn leerlingen. Samen publiceerden ze eerder onder meer Reading Freud’s ‘Three Essays on the Theory of Sexuality’. From Pleasure to the Object (2020).