'God is niet gekomen om de wereld moreel te verbeteren, maar om die te dragen.'Deze gedachte van kerkvader Athanasius loopt als rode draad door het boek Jezus Kurios. Veelal denkt men dat christelijk geloof bedoeld is voor verbetering van de wereld. Maar de wereld is niet verbeterd sinds het begin van de jaartelling. En ook vóór die tijd hebben wetgevers en profeten die opriepen tot verandering, weinig resultaat geboekt. In de moderne tijd is gebleken dat juist ideologieën die menen dat zij de wereld veranderen moeten, vaak veel leed veroorzaken. Het is niets met de wereld, en het wordt niets met de wereld, zo stelt de auteur.
In die situatie is God gekomen. Van die wereld wil Hij God zijn. Hij neemt de verantwoordelijkheid voor het lijden, maar ook voor de schuld. God trekt de consequenties voor een boze wereld. Hij veroordeelt zichzelf tot het kruis, als plek van terechtstelling.
Met de belijdenis van de godheid van Christus staat of valt dan ook het christelijk geloof. Dit is volgens de auteur de paradox in de belijdenis van het geloof: God is almachtig en dus helemaal verantwoordelijk - en tegelijk draagt Hij het gewone menszijn, zonder idealisme, maar met alle mislukkingen en schuld.