Stel je voor dat je de jaren 1900 tot 1914 zou bezien zonder de
schaduw die de gruwelijke gebeurtenissen van de
twintigste eeuw daarover geworpen hebben.
Stel je voor dat je niets wist van de Somme, van Stalingrad, Auschwitz,
Hiroshima, dat de toekomst nog open
en oningevuld zou zijn.
Zo beschrijft Blom die veertien jaren: zoals ze beleefd zijn in al hun
complexiteit en tegenstrijdigheid en met de bijbehorende hoop en
vrees. Hoe zag Frankrijk eruit in 1900, ten tijde van de Wereldtentoonstelling?
Wat hield de Engelsen bezig in het jaar waarin
koningin Victoria stierf? Blom beschrijft de industriƫle ontwikkeling
en de aanzienlijke versnelling waarin de wereld vervolgens raakte.
De twintigste eeuw is niet begonnen in de loopgraven, maar in de
duizelingwekkende jaren die eraan voorafgingen. Blom betrekt de literatuur
en de beeldende kunst erbij en brengt zodoende het verleden
op een buitengewoon aantrekkelijke wijze tot leven.