Geschiedenis moet je doen! Voor het schoolvak geschiedenis wil je als leraar niet alleen dat leerlingen belangstelling hebben voor het verleden zelf, maar ook dat ze actief aan de slag gaan met de vele informatie. Met de juiste werkvormen kun je als docent, bijvoorbeeld, de nieuwsgierigheid van leerlingen naar het verleden aanwakkeren en het denken over geschiedenis en (historische) vaardigheden helpen ontwikkelen.
'Het Grote geschiedeniswerkvormenboek' bevat 100 werkvormen om leerlingen in de leeftijd van 10-15 jaar te activeren in de geschiedenisles. De werkvormen zijn verdeeld over 12 hoofdstukken. In ieder van deze hoofdstukken staat een vaardigheid of een didactisch aspect van de geschiedenisles centraal. Zo zijn er hoofdstukken voor de vaardigheden ‘brongebruik’ en ‘onderzoek doen’, maar ook voor ‘het tastbaar maken’ van de inhoud van de les en ‘speldidactiek’.
Elke beschrijving van een werkvorm heeft een tijdsindicatie, een indicatie voor de moeilijkheid, de vaardigheid binnen de taxonomie van Bloom, een mogelijkheid om te differentiëren, en twee voorbeelden: één voor de bovenbouw van het basisonderwijs en één voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Zo kun je altijd een passende werkvorm selecteren voor jouw doel en jouw leerlingen.
Over de auteurs
Daan van Leeuwen en Pieter Mannak zijn beide werkzaam als lerarenopleider Geschiedenis aan de Hogeschool Utrecht. Daarnaast is Daan ook hoofdredacteur van het tijdschrift Kleio. Koen Henskens werkt als lerarenopleider Geschiedenis aan de Hogeschool Arnhem Nijmegen. Owen Lammertink is docent Geschiedenis in het vo. En Yolande Potjer werkt als lerarenopleider Geschiedenis voor het po aan de Hogeschool Iselinge.