Niet beschikbaar
De Nederlandse Vereniging tot Ontwikkeling van het Reken-Wiskunde Onderwijs (NVORWO) heeft het initiatief genomen om het onderwerp ernstige rekenwiskunde-problemen en dyscalculie op de onderwijsagenda te zetten en stappen te ondernemen om te komen tot landelijke eenduidigheid. In 2011 verscheen het landelijk protocol voor leerlingen van 4 tot 12 jaar met (Ernstige) RekenWiskunde-problemen en Dyscalculie (Protocol ERWD1). Dit richt zich op het basisonderwijs, het speciaal basisonderwijs en het speciaal onderwijs.
Het ministerie van OCW heeft in 2010 NVORWO de opdracht verstrekt het Protocol voor het voortgezet onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs te ontwikkelen (Protocol ERWD2). Dit protocol is van groot belang nu centrale rekentoetsen 2F en 3F in het vo ingevoerd gaan worden. Rekenen staat duidelijk op de kaart. Het onderwijs zal alle zeilen moeten bijzetten om ook de rekenzwakke leerling en de leerling met ernstige rekenproblemen tot het gewenste referentieniveau te brengen.
Het doel van rekenonderwijs is functionele gecijferdheid, afgestemd op de mogelijkheden van iedere individuele leerling. Dat reikt verder dan het behalen van een rekentoets. Het gaat daarbij om adequaat handelen in functionele, dagelijkse situaties. Het protocol geeft aanwijzingen om dit doel te bereiken, met name wanneer de rekenontwikkeling van een leerling niet optimaal verloopt.
Het Protocol ERWD2 beoogt een leidraad te zijn voor het ontwikkelen van rekenbeleid en het geven van goed rekenonderwijs. Goed rekenonderwijs staat of valt met de professionaliteit van leraren en leidt tot begeleiding van leerlingen die aansluit bij hun onderwijsbehoeften. Dit protocol is geschreven voor allen die zich, direct of indirect, bezighouden met het rekenonderwijs in en om de scholen voor voortgezet onderwijs. Daardoor bevat het Protocol ook nuttige informatie voor ouders.
Voor het middelbaar beroepsonderwijs verschijnt tegelijkertijd een eigen protocol: ERWD3.