Op de ochtend dat de 12-jarige Arend wakker wordt, is het ongewoon stil. Al zo lang hij zich kan herinneren klinken er geluiden
van gevechten, vanwege de strijd tegen het noorden, aan de andere kant van de rivier. Maar niet vandaag. Als Arend wil gaan kijken wat er aan de hand is ontdekt hij dat zijn moeder in een hert is veranderd. Zijn vader is spoorloos en als hij buiten komt, lijkt iedereen wel een dier te zijn geworden. Op zoek naar overgebleven mensen steekt Arend de brug over naar het noorden. Uitgerekend daar vindt hij de enige andere mens die geen dier is geworden: de cynische, hatelijke Kat. Veroordeeld tot elkaars gezelschap gaan ze op zoek naar andere mensen, tot ze achter een waarheid komen die ze diep vanbinnen misschien al kenden...
Meteen vanaf de eerste zin sleurt Yorick Goldewijk de lezer het verhaal in. En wát voor een verhaal!