De verhalen in Het water vangen zijn speels en zwierig, tegelijk licht en zwaar, en de personages passen altijd net niet in de wereld die ze bewonen. Een jonge vrouw is ervan overtuigd dat ze zwanger is van een dolfijn. Adorabelle hoort de tweede oerknal, die in haar oor verder echoot. Er is een meisje dat per ongeluk haar kip vermoordt, en de jonge asielzoeker met zijn buigzame hoop.
Het water vangen is een verpletterend debuut over de hunkering naar verbinding, over pijn die je het liefst met nog meer pijn bestrijdt – en over water natuurlijk, water dat zich vangen laat.