In de nacht van 31 januari op 1 februari 1953 overspoelde de zee met donderend geweld grote delen van het land en vonden meer dan 1800 mensen de dood. Onder hen ook de vader van de kleine Teuntje, die samen met haar moeder en broertje vier dagen op een ijskoude zolder doorbracht, vergeefs wachtend op zijn terugkeer.
Op basis van herinneringen, ontmoetingen met ooggetuigen, dagboeken en ander bronnenmateriaal reconstrueerde De Haan vijfenzestig jaar later wat er precies is gebeurd. En wie haar vader eigenlijk was. Het aangrijpende verhaal, dat tegelijk een uniek tijdsdocument is, kreeg veel lof en media-aandacht op radio en tv.