Het bestuursprocesrecht is voortdurend in beweging. Als het niet de wetgever is die bepaalde ontwikkelingen in gang zet, dan is het de rechtspraktijk. Daarnaast zijn er uiteraard bijdragen uit de academische wereld die richtinggevend kunnen zijn. Een voorbeeld van een belangrijke verandering die in de rechtspraktijk is opgezet, is de zogenaamde Nieuwe zaaks behandeling. Die nieuwe aanpak roept, net zoals elke andere belangrijke wijziging, de vraag op naar de betekenis ervan voor het theoretische raamwerk van het bestuursprocesrecht. Andersom kunnen nieuwe ontwikkelingen beter worden begrepen als ze worden geplaatst in dat raamwerk. Zo verkeren theorie en praktijk in een dynamische verhouding tot elkaar.
Leerstukken van bestuursprocesrecht is een boek waarin niet alleen is getracht hoofdlijnen van het bestuursprocesrecht weer te geven, maar deze ook te analyseren en te bekritiseren. Het boek veronderstelt elementaire kennis van het geldende Nederlandse bestuursprocesrecht. Op onderdelen wordt materiaal aangereikt om die kennis uit te breiden. Toch is vermeerdering van positiefrechtelijke kennis niet het belangrijkste doel dat met dit boek wordt nagestreefd. De verdieping die met dit boek wordt gezocht bestaat uit versterking van inzicht, door aandacht te geven aan keuzen die bij de inrichting van het bestuursprocesrecht zijn - en nog steeds worden - gemaakt en het problematiseren van die keuzen.
De eerste auteur van het boek is Boudewijn de Waard, hoogleraar Staats- en bestuursrecht aan de Universiteit van Tilburg.
Hoofdstuk 6, 'Interacties in de bestuursrechtspleging', werd geschreven door Gio ten Berge, emeritus hoogleraar Staats- en bestuursrecht met inbegrip van het bestuursprocesrecht aan de Universiteit Utrecht.