Deze monografie, Wilsgebreken, gaat over dwaling, bedrog, bedreiging en misbruik van omstandigheden.
Als eerste worden de wettelijke vereisten van deze wilsgebreken uiteengezet. Daarna komen de gevolgen van een succesvol beroep op een wilsgebrek aan bod, waaronder de wijzigingsbevoegdheden van artikel 6:230 en artikel 3:54 BW. Incidenteel worden overeenkomsten en verschillen met internationale regels (zoals de Draft Common Frame of Reference) en buitenlandse regels gesignaleerd.
De betekenis van wilsgebreken wordt mede bepaald door de verhouding tot andere leerstukken, daar wordt in het laatste deel van deze monografie enige aandacht aan besteed.