De spanning tussen rechtszekerheid en billijkheid is een kernthema van het recht.
In Rechtszekerheid in het ondernemings- en vermogensrecht hebben auteurs afkomstig uit het vennootschapsrecht, vermogensrecht, fiscaal recht, intellectueel eigendomsrecht en de rechtsgeschiedenis voor een op hun terrein gelegen onderwerp de rechtszekerheids- en billijkheidsbelangen zo ver mogelijk geconcretiseerd.
Het resultaat is zonder meer verrassend. Wat zich van een afstand laat aanzien als een conflict van billijkheid en rechtszekerheid, is veelal geen werkelijk dilemma. Veel rechtsonzekerheid die voortvloeit uit wettelijke bepalingen komt niet ten goede aan de billijkheid, maar is het gevolg van suboptimale wetgevingskeuzes. In de rechtspraak blijkt een grondige analyse van de rechtszekerheids- en billijkheidsbelangen op voorhand duidelijk te maken welk belang het moest winnen.
Het is niet zozeer de afweging die moeilijk is; het probleem schuilt veeleer in de voorbereiding van die afweging. Dat is heel een wezenlijke constatering in het denken over dit onderwerp.