Wessels Insolventierecht III 2013 bevat een commentaar op de art. 42-60 Faillissementswet. De belangrijkste onderwerpen in dit deel zijn de vernietiging van vóór faillissement verrichte rechtshandelingen uit hoofde van art. 42 e.v. (actio pauliana) en de rechtsgevolgen van een dergelijke vernietiging, de problematiek van verrekening ter gelegenheid van faillissement (art. 53-56), de regels ten aanzien van de positie van separatisten, in het bijzonder pand- en hypotheekhouders (art. 57-59a), en de schuldeiser die een retentierecht heeft (art. 60).
Enkele vraagstukken die met deze onderwerpen samenhangen krijgen ook aandacht. Te denken valt aan de toepassing van de pauliana bij concernfinanciering en sterfhuisconstructies en - naast de actio pauliana - aan andere acties die de curator tot zijn beschikking kan hebben en die tot vermeerdering van de boedel kunnen leiden, zoals de toepassing van bijzondere nietigheidsacties voorvloeiend uit Boek 2 BW, inclusief zijn recent gewijzigde regels inzake schuldeisersbescherming, en de regeling van de bestuurdersaansprakelijkheid ex art. 2:138/248 BW.
Bij de toepassing van de zekerheidsrechten gedurende faillissement is ingegaan op de Separatistenregeling 2005, de regeling van de omzetbelasting bij het uitoefenen van verhaal en het fiscaal voorrecht en bodemrecht, met inbegrip van de met ingang van 1 januari 2013 versterkte positie van de fiscus. De meest recente literatuur is verwerkt, terwijl ruim 200 nieuwe rechterlijke uitspraken, verschenen na de afronding van de vorige druk, aan de tekst zijn toegevoegd. De bewerking is in medio oktober 2013 afgerond.