Op zoek naar een toegankelijke behandeling van de nieuwe Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)? In deze derde gewijzigde druk van het boek De Wet verplichte ggz. Handleiding voor de praktijk bespreekt de auteur, mr. R.B.M. Keurentjes, de belangrijkste aspecten van de Wvggz, met als focus de impact op de praktijk.
De Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg maakt het mogelijk mensen die zorg nodig hebben maar deze niet willen, toch die zorg te geven. Het is dan verplichte zorg, noodzakelijk vanwege een psychische stoornis. Die zorg moet zoveel mogelijk in een ambulante setting worden gegeven. De wet is van belang voor iedereen die werkzaam is in de geestelijke gezondheidszorg en anderen, die met deze wet werken. De wet geeft het juridisch kader en instrumentarium voor verplichte zorg. Dat maakt dat dit boek niet alleen van belang is voor medewerkers in de zorg, zoals zorgverantwoordelijken, psychiaters en geneesheren-directeur, maar ook voor advocaten, officieren van justitie, rechters en leden van klachtencommissies en patiënten- en familievertrouwenspersonen.
De Wet verplichte ggz is niet eenvoudig te lezen en de toepassing in de praktijk kost ook nu nog de nodige hoofdbrekens bij allen die ermee moeten werken. Wanneer is verplichte zorg mogelijk, welke vormen ervan zijn toegestaan, wie mag de verplichte zorg toepassen, wat is de rechtsbescherming en waarover kan geklaagd worden? Op deze en vele andere vragen die de wet in de praktijk oproept, geeft de auteur, mr. dr. R.B.M. Keurentjes, een helder en praktijkgericht antwoord, mede aan de hand van rechterlijke uitspraken over verschillende in de wet aan de orde komende onderwerpen. Hij geeft geen rechtstheoretische beschouwingen maar tracht waar mogelijk een helder, op de praktijk gericht antwoord te geven op de vragen die de wet oproept. Daarnaast worden alle aspecten van de wet in heldere taal beschreven.
Inmiddels hebben we bijna een jaar ervaring opgedaan met die nieuwe wetten. Die praktijkervaring en hoe de rechtspraak de wet interpreteert is verwerkt in deze tweede druk. Nog lang niet alle vragen, waarvoor de Wet verplichte ggz ons stelt, zijn beantwoord maar een enkele knoop is inmiddels doorgehakt. En dat biedt duidelijkheid voor alle gebruikers van deze wet. De auteur geeft geen rechtstheoretische beschouwingen maar tracht waar mogelijk een helder, op de praktijk gericht antwoord te geven op de vragen die de wet oproept. Daarnaast worden alle aspecten van de wet in heldere taal beschreven.
De heer Keurentjes heeft als rechter een ruim dertigjarige ervaring opgebouwd met de voorgangers van de Wet verplichte ggz, de Krankzinnigenwet van 1884 en de Wet Bopz van 1994. Daarnaast was hij lid van de begeleidingscommissies van de eerste en tweede evaluatie van de Wet Bopz en voorzitter van de derde evaluatiecommissie van die wet. Hij is ook hoofdredacteur van Jurisprudentie Gedwongen zorg («JGz») en redacteur van Sdu Commentaar Gedwongen zorg.